Ik ben een verzamelaar. Op
zich is daar niets mis mee. Veel mensen verzamelen dingen. Als jongetje
verzamelde ik al postzegels, sigarenbandjes en suikerzakjes, en voor de
binnenlandse veiligheidsdienst noteerde ik in de vijtiger jaren autonummers.(geen idee waarom). De meeste verzamelingen
heb ik, toen ikzelf ouder werd, geruild voor andere zaken. Behalve mijn
postzegels. Dat is een verzameling die ik nog steeds bezit omdat die iets met
muziek te maken heeft, en dan vooral met Mozart.
Ook fluiten en fluitjes behoren
tot een van mijn verzamelingen. Rechte fluiten, bekfluiten, blokfluiten,
dwarsfluiten, noem maar op. Ooit uitgestald in een mooie vitrinekast, nu
verbannen naar de zolder. De verzameling kinderboeken van W.G. van der Hulst
staan naast de bijna complete verzameling Boekenweekgeschenken te pronken in
mijn boekenkast. Ik vind het heerlijk om ergens op een rommelmarkt of
kringloopwinkel een ontbrekend exemplaar te vinden. Al deze verzamelingen zijn
dingenverzamelingen. Als ik er niet meer ben verdwijnen ze uit het zicht.
Misschien dat een van de kinderen uit piƫteit er een stukje van meeneemt. Het geeft
niet want het verzamelen zelf is het plezier, niet het hebben. Ik memoreer
graag Mattheus 6:19. Verzamel voor jezelf geen schatten op aarde: mot en roest
vreten ze weg en dieven breken in om ze te stelen.
Mijn mooiste verzameling is echter geen dingenverzameling, maar een
woordenverzameling. In een groot gemarmerd boek verzamel ik mooie zinnen,
sprekende uitspraken, gedichten, opschriften, losse gedachten, gebeden,
onzinregels, troostwoorden en wat nog meer aan woorden te bedenken valt. In de
loop der jaren is het een bron van troost, bemoediging en vermaak geworden. De
tijd heeft ons niet onberoerd.We verloren geliefden en we werden getroost door de opgeschreven woorden van de dichteres Jacqueline van der Waals:
Ik sprak niet: “Goede dood”
Ik sprak niet: “Boze”,
Maar het dennenbosje geurde en de rozen.
En ‘k had het leven nooit zo liefgehad.
Even verderop van Bert Schierbeek de zin: “Als je dood gaat ontmoet je het licht van voor de schepping”. Een
mooie zin die nieuwsgierig maakt naar het volgende leven. Al bladerend lees ik ook:
“In God sterft niets, alle dingen worden
in hem levend”. Mooi gezegd want: “God
doet de zon in het water schijnen, God heeft het land aan de woestijnen”. Ik
weet niet wie deze zinnen geschreven hebben. Ik vind ze gewoon mooi.
Ook kleinkinderen doen
uitspraken die je graag opschrijft:
Boris: “De bomen zijn zo zwart
vandaag”.
Roel: “Kun jij niet schilderijen,
opa?”
Ruben: “Opa heeft kaal haar”.
Soms loop je tegen een zin aan die
je raakt omdat hij zo mooi en eenvoudig is dat je het wel moet opschrijven: Ik denk, ik ben een park vol met vogeltjes
en laat ze los. van Hakim Weetniks.
Over het weer zijn ook mooie
zinnen te lezen.
Wat te denken van:
De nacht is blind.
Er staat een haveloze regen voor de
deur.
Het heeft geregend tussen ons.
De mist sluipt tussen ons en de kleuren
in.
In mijn woordenverzamelboek zijn ook boekfragmenten te vinden. Van de
priester/publicist Eugen Drewerman heb ik het volgende bewaard:
Hoe laat men kinderen van de grote stad
die bij kunstlicht zijn verwekt weer oog krijgen voor het licht van de sterren.
Hoe verschaffen we bij de oren die vernietigd zijn door het gedreun van de
disco’s gehoor voor muziek van de hemel. Hoe wekken we in het hart van mensen
die in hun materialisme zijn omgekomen verlangen naar het oneindige?
Nog steeds actueel.Verzamelen is leuk om te doen, maar woorden verzamelen is zinvol en verrijkend. Ik kan het aanbevelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten